jaap egmond 1913—1997 |
Levensbeschrijving |
Geboren in New York, als zoon van een kapitein op de grote vaart, verhuist het gezin al snel naar Amsterdam wegens de dreiging van de Eerste Wereldoorlog. In Amsterdam groeit hij op en volgt hij de opleiding voor tekenleraren. Aan de overgebleven academische studies van zijn hand, uit die tijd, is te zien dat hij een bijzonder kundig tekenaar was. Zijn passie is dan het pianospel, waarin hij zich bijzonder bekwaamt, met een voorkeur voor de barokcomponist Scarlatti en de romanticus Chopin. Hij zal het pianospel altijd blijven beoefenen, zij het op latere leeftijd vooral als begeleider van vocalisten.
Na de Tweede Wereldoorlog gaat hij werken als tekenleraar, eerst aan het Vossiusgymnasium en enkele jaren later aan de Kweekschool voor onderwijzers, later de Bouwmanacademie. In die zelfde tijd, kort na de oorlog, raakt hij in de ban van het modernisme. Hij ontdekt De Stijl van Mondriaan, het Nieuwe Bouwen van Le Corbusier en de Cobragroep, met Sandberg in het Stedelijk Museum als voorvechter. In zijn leraarschap komt dit tot uiting in het werken aan de vernieuwing van het onderwijs in tekenen en kunstgeschiedenis, met zijn collega Klaas de Poel. Samen verzorgen zij een reeks nieuwe uitgaven voor dit onderwijs in de jaren 60 en 70.
Inmiddels heeft zich, begin jaren 60, de Nul-groep gevormd, of internationaal, Zero. Monochromie en herhaling van gelijkvormige elementen waren belangrijke kenmerken in de kunstwerken van deze kunstenaars. Met het werk van Jan Schoonhoven, die tot deze groep behoorde, wordt zijn werk vaak vergeleken. Toen hij, eind jaren 60, zijn nieuwe leven als kunstenaar begon, zal dit werk hem ongetwijfeld geïnspireerd hebben, maar hij ontwikkelt zich in een andere richting. Waar Schoonhoven vooral intuïtief te werk gaat, gaat Jaap Egmond de bedachtzame kant op van het constructivisme. Zelf zag hij zich ook als constructivist.
Werken en exposeren
Talloze schetsen, met door pijlen aangegeven hellingshoeken, gaan vooraf aan de uiteindelijk uit te voeren reliëfs. Door minder of meer gelijkvormige elementen te rangschikken, ontstaat, afhankelijk van de lichtval, het ritme van de kantelende vlakken.
Aanvankelijk komt hij zo tot de uitvoering van de bekende reliëfs van papier-maché, later ook tot reliëfs in metaal en vrijstaand werk. Op een gegeven moment doorbreekt hij de monochromie en maakt hij, naast het andere werk, zeer kleurige schilderijen in olieverf.
Al snel kan hij van de gemeente Amstelveen een atelier huren in een voormalig schoolgebouwtje, waar hij ruim 25 jaar zal werken. Hij krijgt ook veel gelegenheid om zijn werk te exposeren, in diverse galeries en tentoonstellingszalen. In het begin in de Amsterdamse Jordaan, later door het hele land.
In zijn woonplaats Amstelveen heeft hij meerdere keren kunnen exposeren in het toenmalige Aemstelle, en heeft hij enkele opdrachten uitgevoerd aan gebouwen. Bijvoorbeeld voor het station Marne van de sneltram ontwierp hij meanderende vormen.
Opmerkelijk is een muziektheaterproject in de IJsbreker (later Muziekgebouw aan het IJ) waarvoor hij grote vrijstaande ‘blokken’ maakte, waarmee, begeleid door moderne klassieke muziek, op het toneel constructies werden gecreëerd.
Inmiddels staat zijn werk nog steeds in de belangstelling bij kenners en heeft het onderdak bij verzamelaars. De titels van werken zijn vaak nuchter, zoals ‘vierkantprogrammering’ of ‘doorsneden vierkant’. Vaak zijn werken niet gesigneerd, of slechts met ’e’. |