Origine

Een enkel citaat uit Origine no.1 2014,

door Harry J. Kraaij

 

Egmond vs. Schoonhoven

In interviews en egodocumenten bleef Egmond wijzen op de eigenheid van zijn reliëfs en de oorsprongsidee die erachter lag. Hij duidde dat meerdere malen aan met de term ‘Constructivisme’.

Het verschil tussen Schoonhoven en Egmond werd al opgemerkt door Frans Duister in De Tijd van 8 februari 1973. Schoonhoven vierde toen zijn solotentoonstelling in Het Stedelijk Museum te Amsterdam, terwijl Egmond gelijktijdig exposeerde in het Amstelveense centrum Aemstelle. Duister schrijft:

‘Jan Schoonhoven is een originele figuur gebleven, die al ordenend vanuit de ideeën van de in 1960 opgerichte Nulgroep zijn reliëfs bleef opbouwen uit karton en papier dat hij wit schildert. De lichtschaduwwerking in deze regelmatigheden vertoont een groet variatie en verscheidenheid, ook al blijft het principe de opeenvolging.

Jaap Egmond noemt zijn structuren geen composities. Het constructivisme ligt er namelijk aan ten grondslag; de meetkundige opbouw, de herhaling, de consequente aanwending van driehoekjes en vierhoekjes hebben tot gevolg dat er structuren ontstaan, waarbinnen het getal en de deling van de getallen omvang en bedoeling uitdrukken (...) Het ritme dat wij in zijn werk zien doet, door het consequent gebruik van wit en de uiterst fijne afwerking van de onderlinge elementen, monumentaal aan (...) Zijn dingen bezitten een absolute autonomie en zijn precies zoals ze zijn.’